Ter gelegenheid van het eeuwfeest van het Kloosterkerkkoor was er op 10 en 11 juni in de Kloosterkerk een Evensong festival met een speciale gast: cantor en ‘grand old man’ van de Engelse kerkmuziek: Barry Rose. Op zaterdag 10 juni deelde hij anekdotes uit zijn brede ervaring met koren over de hele wereld; op zondag 11 juni ging hij aan de slag met de koren in onze Kloosterkerk.

Wie is Barry Rose? Onze cantor Daniel Rouwkema is een bewonderaar van de Britse cantor en organist, die is gespecialiseerd in Engelse koormuziek: “Het is de bijzondere klank die Barry Rose uit een koor weet te halen. Hij heeft echt een herkenbare signatuur – het koor van St Pauls Cathedral, waarmee hij sinds de jaren zeventig werkte, en het koor van St Albans, waar hij in 1997 met pensioen ging, klonken nagenoeg hetzelfde.’

Barry Rose (1934) moest op zijn zestiende aan het werk op een verzekeringskantoor, maar speelde thuis altijd al piano. Muziek had hem naar eigen zeggen in de greep vanaf het moment dat hij als schooljongen William Sterndale-Bennet’s ‘God is a Spirit’ hoorde zingen door Boris Ord’s koor bij de Evensong in King’s College Chapel in Cambridge. Die gezongen avondgebeden zijn als vesperviering typisch voor de Engelse koormuziek. “Ik had nog nooit zoiets gehoord en het maakte een diepe indruk op me, bijna alsof God tegen me zei: “Dit is iets wat je MOET doen”.

Rose’s tweede muziekervaring die diepe indruk maakte, kwam gedurende de anderhalf jaar dat hij als bariton meezong in het koor van Hampstead Parish Church, halverwege de jaren vijftig.
‘Het was het beste koor van het land in die tijd, en ik heb uit de eerste hand geleerd hoe je een koor traint. Het gaat erom dat je als zanger de muziek ademt en beleeft – in plaats van zomaar noten te spelen op het orgel, dat een eindeloze voorraad wind (adem) heeft. Iedere koorleider zou zelf moeten hebben gezongen in een koor – daar leer je ‘denken als een zanger’. Te veel van mijn collega’s negeren de frasering in de stukken die hun koor zingt. Ze vragen om lange en soms nietszeggende frasen. Dan verwijt ik ze dat ze “denken als een organist”. Er is een essentieel ding dat je moet onthouden – de woorden kwamen eerst – de muziek is een latere toevoeging.’

In 1960 kreeg Barry Rose de bijzondere opdracht om het koor op te gaan zetten in de nieuwgebouwde Guildford cathedral. Als jongste organist van een moderne kathedraal deed hij wenkbrauwen fronsen.
“Het Britse muzikale “establishment” stond wantrouwend tegenover mijn aanstelling als 25-jarige. Komende vanaf een verwerkingskantoor had ik geen enkele universitaire opleiding en had nog nooit een muzikaal examen afgelegd. Het feit dat ik jong en onervaren was, speelde soms op bij de oudere (en waarschijnlijk wijzere) leden van de geestelijkheid van de kathedraal maar zij waardeerden wat ik met het koor presteerde en stonden altijd achter mij.

Maar het nieuwe Guildford Cathedral Choir werd onder zijn leiding wereldberoemd. Halverwege de jaren zeventig kreeg Barry Rose de bijzondere positie van cantor en organist van de St Pauls Cathedral in Londen.

“Een koor leiden is alsof je jezelf in een spiegel bekijkt. Koorleden spiegelen je geloof, je tekstbegrip, je maniertjes, en zelfs hoe je tegen ze spreekt. Het mooiste vond ik het opleiden van de nieuwe, jongste jongens. We begonnen dan met ‘Baa, baa, black sheep (een Brits kinderrijmpje). Na vijf weken konden ze dat laten klinken als een bijzonder stuk muziek, niet alleen door de manier waarop ze het zongen, maar ook door de manier waarop ze de woorden interpreteerden.’

Naast zijn werk in de St Pauls, waar hij de muziek verzorgde bij talloze koninklijke gelegenheden, werkte Rose twintig jaar bij de BBC. Elke weekdag zond de omroep een koordienst van een kwartier uit; Rose nam daarvoor ’s ochtends de trein van Guildford naar Londen en haastte zich terug om op tijd bij de middagrepetitie van zijn koor te zijn.
“De kunst van het uitzenden van kerkmuziek (vooral psalmen) is bijzonder, want eendimensionaal. Je zit immers niet samen in een ruimte. Dus de crux om de luisteraar erbij te houden, zijn de dictie en de overtuiging van de zangers. Het omroepkoor (BBC Singers) probeerde met succes de muziek via de microfoon tot leven te brengen en zo de luisteraars te omarmen.

Naast muziek heeft Barry Rose en bijzondere hobby: oude vulpennen.
“Ik vind het therapeutisch en ontspannend om uren in de werkplaats door te brengen om een gehavende oude pen uit elkaar te halen en weer als nieuw te maken. Het is heerlijk om even weg te zijn van de muziek en iets anders te doen.’

Barry Rose werkte de afgelopen vijftien jaar met koren over de hele wereld.

Barry Rose heeft een groot aantal publicaties op zijn naam staan:

http://barryrose.co.uk/publications_compositions.html