Het bekende kerstlied van Harry Prenen, ‘Midden in de winternacht’, werd geschreven in 1943, midden in de oorlog, vrij naar en op de melodie van het Catalaanse kerstlied ‘El desembre congelat’. Geerten van de Wetering improviseert op de melodie, Rienk Lanooy spreekt er over en tenslotte kan het meegezongen worden (twee coupletten) onder begeleiding van Geerten (LB 486).

Midden in de winternacht, ging de hemel open;
die ons heil der wereld bracht, antwoord op ons hopen.
Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom zingt gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan,
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren.

Vrede was het overal, wilde dieren kwamen
bij de schapen in de stal, en zij speelden samen.
Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom speelt gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren.

Ondanks winter sneeuw en ijs, bloeien alle bomen,
want het aardse paradijs is vannacht gekomen.
Elke vogel zingt zijn lied, herders waarom danst gij niet?
Laat de citers slaan, blaas de fluiten aan
laat de bel, laat de trom, laat de beltrom horen:
Christus is geboren.

Zie, reeds staat de morgenster, stralend in het duister,
want de dag is niet meer ver, bode van de luister
die ons weldra op zal gaan; herders blaas uw fluiten aan
Laat de bel bim-bam, laat de trom rom-bom,
kere om, kere om, laat de beltrom horen
Christus is geboren.